woensdag 24 april 2013

Meals On Wheels; Ode aan de FoodTruck!

Sweet Memories
Vroeger was alles beter. Mijn middelbare school op Curaçao had bijvoorbeeld géén kantine. De leslokalen waren om het schoolplein heen gebouwd en als het dan bijna pauze werd, veranderde dat schoolplein in een soort openluchtverzameling van mobiele cateraars. Kleine ondernemers of thuiskoks reden met hun busjes en auto's het plein op, parkeerden in de schaduw van een boom en verkochten vanuit hun laadruimte of achterbak de meegenomen waren of zelfgemaakte snacks en drankjes.



Zo kon ik elke pauze opnieuw kiezen; Johnny Cakes kopen bij dat ene mopperende mannetje met z'n krakkemikkige busje of Pastechi's kaas, tonijn, rund of kip bestellen bij de Señora die achter een campingtafeltje in de achterbak van haar Mazda zat. En daarbij natuurlijk iets te drinken; Frio Frio (aanmaaklimonade met schaafijs), felgekleurde Popfrisdrank, blikjes Coco Rico of Ritz Orange Juice uit kartonnen pakjes. Elk busje of autootje bracht zijn eigen specialiteiten mee.
Het is -inderdaad- weer eens wat anders dan een gevulde koek met schoolmelk. Terugkijkend verbaast het me nog het meest dat ik me destijds eigenlijk nooit verbaasde over die eetgelegenheden op wielen, het mobiele streetfood, de rijdende catering. Hier en nu, kom ik ze veel te weinig tegen.
Ik mis ze, die vette pastechi keshi's als lunch. En ik mis de snackwagens ook.

Gelukkig is er hoop. De Rollende Keukens zijn onderweg!
Hét evenement dat mijn heimwee een beetje verzacht, een soort schoolplein vól FoodTrucks, waar tientallen mobiele eetgelegenheden samen één groot openluchtrestaurant gaan vormen: "van gastronomische vreetkar tot excentrieke pizzawagen en van rokende bbq-camper tot zingende keukenprinsessen"..


Authentiek
Veel culinaire evenementen van tegenwoordig zijn strak geregisseerd. De standjes lijken allemaal op elkaar, en men schenkt er om de paar vierkante meters dezelfde festivalwijn. Rollende keukens is in haar sfeer veel échter. De tot keuken verbouwde bakbrommers, dubbeldekkers, campers, vrachtwagens, aanhangers en busjes brengen allemaal stuk voor stuk een eigen design, eigen menukaart, eigen verhaal, eigen terrasje en dus ook eigen sfeer mee. Een beetje zoals het aanbod in mijn pauzes, toen. 

Toegankelijk
Dat begint al met de entreekosten. Toegang tot het evenement is namelijk gratis. En de prijzen van de gerechtjes zelf zijn ook vriendelijk. Die verraderlijke munten kennen ze hier niet, je kunt gewoon betalen met geld, net zoals vroeger, op mijn schoolplein. Rollende Keukens is geen semi-chique proevenement, maar biedt een lekker relaxed hippie-achtig sfeertje, zonder de zien-en-gezien-worden-poespas. Daarnaast kom je echt oog-in-oog te staan met diegenen die jouw voedsel bereiden. Vragen over ingrediënten, bereidingswijzen en hun business zijn hartstikke welkom en leiden vaak tot mooie verhalen achter het product dat je zojuist besteld hebt. Zoveel storytelling en beleving kan zelfs de modernste schoolkantine nooit bieden. 


Innovatief
Hier staan niet zomaar de poffertjeskraam of haringkar van om de hoek, maar originele en vernieuwende concepten op wielen. Zo kon je er vorig jaar drie uur lang slowcooked SpareRibs krijgen. Of duurzaam gevangen Kreeft eten van biologisch afbreekbare bordjes. Maar ook
ganzenkroketten en 'my little pony burgers' bij de Keuken het ongewenste dier. Of eerlijke bietensoep van het seizoen bij voormalige brandweerauto Buskruid. Én 100% biologische smoothies en sappen van de Vitamini, een tot mobiele smoothiebar omgebouwde -goh?- Mini. Ja, zoiets vind ik dus leuk, en dat blijft je dan net zo bij als de smaak van Pastechi's.




Sweet Dreams
Vanuit de verte hoor ik de rijdende eettentjes al pruttelend aankomen. De geuren van hun keukens komen langzaam dichterbij. Vol hoop speur ik de horizon af naar de voortrollende keukens. Ik waan mij al bijna in de rij voor iets lekkers, net zoals op mijn vroegere schoolplein. U raadt het al: ík kijk in ieder geval alvast dromend vooruit naar het weekend van de Rollende Keukens. Omdat het authentiek, laagdrempelig en innovatief is, ja. En eerlijk is eerlijk: ook omdat ik hoop dat ik er ooit nog zo'n Antilliaans busje tegenkom, dat mij dan een prachtige portie jeugdsentiment serveert. Sweet dreams, I know, maar als die érgens uit kunnen komen...

Wanneer? 9 t/m 12 Mei
Waar? Westergasfabriek, Amsterdam. 
Line-up van de FoodTrucks? Is nog niet helemaal online, maar het Rollende Rabarber Restaurant, Kok Au Van, BAKrestaurant, Whatthetruck en EcoPizza zijn er in ieder geval bij. Rollendekeukens.nl

zondag 14 april 2013

De Koe zegt....

Over ratelende trams en levende tosti's...

Stadsmeisje
Het is niet zo dat ik mijn leven tussen de skylines van een metropolis doorbracht, maar ik heb wel altijd in steden gewoond. Felgekleurd Oranjestad, toeristisch Willemstad, betoncity Den Helder, geweldig Groningen en bruisend Amsterdam. De paar vierkante meters aan landelijkheid in de buurt bestonden uit tropische stranden, het Noorderplantsoen en Hollandse duinen, dus écht platteland? Geen idee. Het heeft me altijd vooral erg koud, vies en ongezellig geleken.
Geef mij maar beton en baksteen, drukke kruispunten, ratelende trams. Hoge gebouwen die wind buitensluiten, overbevolkte fietspaden, stinkende grachten (zowel aan de Groningse als aan de Amsterdamse heb ik heel mijn hart voor altijd verpand...), studiootjes op vier-hoog-achter, terrassen die pal naast de weg liggen en die wij dan als 'mooi' bestempelen, lichtbakreclame's, etalages en lantaarnpalen die mijn weg door de stad 's nachts verlicht houden, en vooral lekker veel drukte. Centraal-Station-achtige drukte. Hoe meer, hoe beter.

Biecht: ik ben nog nooit op een boerderij geweest, heb nog nooit een koe van dichtbij gezien en twijfel wel eens of hooibergen nou echt bestaan of alleen in van die kinderboekjes. Ik vind Ouderkerk aan de Amstel al behoorlijk platteland. Gras ken ik van het Vondelpark, maar groene vingers zijn mij zo vreemd dat collega's mij 'Nienke, van de Pleur-op-Bloemist' noemen.

Laatst grapten mijn vrienden dat ik zo'n kind ben dat niet weet waar de melk vandaan komt.

Waar komt de tosti eigenlijk vandaan?
Behalve van de stad, hou ik ook erg van tosti's. Met kaas en tomaat. Hup, in het tosti-ijzer en klaar. Makkie. Niet dus. Want een paar weken geleden zat ik heerlijk onderuit gezakt in de filmzaal van het Food Film Festival klaar voor de film 'Make Hummus, Not War' en kwam er deze clip van de Tostifabriek voorbij. Een initiatief van een groep jonge creatieve stedelingen, die gaan laten zien wat er allemaal nodig is voor zo'n tosti in het tosti-ijzer kan.

"Midden in de stad zullen we met een zelfgebouwd graanveld, twee varkens en twee koeien, alle ingrediënten van een tosti van begin tot eind zelf produceren". 

Het zaaien van graan, het houden van koeien, grootbrengen van varkens, persen van kaas, pekelen van ham en bakken van brood. Een levende installatie over het wonder dat voorafgaat aan wat er op je bord ligt. De Tostifabriek, ontstaan als crowdfundend kunstproject, is volgens mij geen moraliserend leren-waar-de-melk-vandaan-komt-initiatief, maar wil wel de verbinding tussen mens en voedsel belichten. Het blijft kunst, inderdaad, want duurzaam is deze stadsboerderij nauwelijks... "Maar we willen dan ook juist laten zien wat er allemaal bij voedselproductie komt kijken. Wij zitten straks ook met een mestoverschot". 

Een waarheid als een koe
Alleen dat varkentje zat me nog een beetje dwars. Ik eet geen tosti's met ham. Niet uit principe, hoor; ik vind het gewoon niet lekker, en ik eet dus ook wel genoeg ander dier. Een varkentje slachten púúr voor de kunst, vind ik púúr onzin, maar ik realiseer me ook wel dat een varkentje slachten voor ham, voor tosti's, natuurlijk helemaal niets nieuws is, laat staan onzin. Dat gebeurt al eeuwenlang en elke dag in de wereld, en dat is wat hier uiteindelijk ook gaat gebeuren. Realistisch? Ja. Comfortabel? Nee. Hypocriet? Misschien. Maar -voor of tegen- het "levend maken van de tosti" draagt voor mij -in ieder geval met die discussie al- bij aan een groeiende bewustwording rondom voedselproductie.

Boerderij voor Dummies
Een fabriek waarin de spanning tussen stad en platteland, tussen industrie en landbouw en tussen milieu, mens, dier en voedsel aan den lijve te ondervinden is, daar wil ik bij zijn.
Dus heb ik me opgegeven als vrijwilliger. Uit nieuwsgierigheid, onwetendheid en betrokkenheid. Ik wacht nog op een reactie, maar over een paar weken ruil ik mijn hoge hakken, waarop ik de straten van de stad zo graag trotseer, hopelijk ín voor echte rubberen laarzen en mag ik gaan helpen in de stallen. Als beginner wordt het uitmesten natuurlijk, maar daardoor kan ik wel even héél dichtbij een koe komen. Zie ik ook eens waar de melk vandaan komt.

"En dat is dan geen sprookje, maar misschien wel nét zo bijzonder"